OH MY…

 GODESS

Onze samenleving is gestoeld op mannelijke energie.

Daar lopen veel vrouwen op vast.

Leven tegen de natuur in.

We ‘moeten’ zoveel, altijd maar door, sneller en meer.

Waar is de ruimte voor vrouwelijke energie?

Voor vertragen. Voor naar binnen keren. Voor voelen.

Voor verbinding met ons kompas, wat voorbij de rationele mind gaat.

Maar pas op, soms kunnen we ons verliezen in alleen het vrouwelijke deel in ons. Geen bullshit, twijfel of spelletjes meer uit het dader-slachtofferschap. Het is tijd voor de heling van het mannelijke in ons. We hebben het samen te doen. Er is een poort waar alleen wij samen door kunnen. Naast elkaar. Hand in hand op eigen benen. Met harten open.

Ik beweeg me veel in vrouwenvelden. Heb veel vrouwenwerk gedaan. Mijn innerlijke man was lang niet thuis. Zijn prachtige kwaliteiten. Aanwezigheid, helderheid, daadkracht, richting. Op zoek naar een plek. Op zoek naar zijn plek…

Hij laat zich aan mij zien, het gewonde mannelijke in mij. Zichzelf verloren in de strijd. Altijd maar op pad. Zijn blik naar buiten. Hard gewerkt. Onmogelijk om te rusten. Onmogelijk om te verzachten. Onmogelijk om in contact te komen met zijn kwetsbaarheid. Onmogelijk om te rusten.Hij heeft nooit gezien hoe. Hij heeft het nooit geleerd hoe. Hij was trouw aan het systeem. Levenslang is hij afwezig geweest. Zijn waardigheid aan diggelen. Gewikkeld in schuld. De gevolgen van zijn daden. Is dit wie hij is? Dit kan hij niet meebrengen naar huis. Dan maar weg. Dan maar afwezig zoals de velen voor hem. Hij hoort de roep. Tijden veranderen. Ze wacht op hem. In verdriet. In boosheid. In slachtofferschap. Ook zij heeft een hele reis afgelegd om te zijn waar ze nu is. Ze is klaar om hem te verwelkomen in haar liefde. De tranen die nooit gehuild hebben kunnen worden zoeken hun weg. Ik kan niet wachten om weer met je te dansen. Om je aanwezigheid te voelen. Stevig en gegrond. Je kracht te voelen. Dienend aan het hoogste goed in jou en mij. Je helderheid. Je richting. Je liefdevolle visie. We hebben jou nodig in deze tijd. Kom maar rusten. Tot het vonkje liefde je hart weer oplaait. Tot je de divine spark van binnenuit herinnert. "Nergens naar toe gaan, de strijd is over.” Je hebt gedaan wat je kon. Echt. Er is geen schuld. Je kon niet anders. Maar nu wel. Je bent zo welkom. Je bent zo geliefd. Wat is hij mooi. Hij is het zelf vergeten. Maar ik zie het nog. Ik zie zijn kracht, zijn moed. Zijn hart. Laat mij je wonden kussen. Laat ze van binnen uit helen. 

"Het is goed, lieve”… zeg ik.